De opkomst en ondergang van Alexandre Pato

Talent in het voetbal - en in elk ander aspect van het leven - is iets groots. Talent kan je vooruitstuwen en je helpen hoogten te bereiken die niemand voor jou bereikte. We zien dat bij mensen als Michael Jordan, Roger Federer, Tiger Woods of zelfs Lionel Messi: legendarische atleten met een ongelooflijke arbeidsethos, maar ook met een aangeboren gave die alles nét dat beetje gemakkelijker maakte.

Alexandre Pato
Maar talent alleen is niet genoeg in de sport. Ruw talent op zich zal het niet voor je doen. Een goed voorbeeld hiervan is de hoofdpersoon van dit artikel: de Braziliaan Alexandre Pato.

Een jong talent dat te vroeg vertrok

Als we het willen hebben over de opkomst en ondergang van Pato als veelbelovende voetballer, moeten we terug naar het allereerste begin. In dat opzicht: hij werd geboren als Alexandre Rodrigues da Silva in Pato Branco (vandaar zijn bijnaam Pato), Brazilië, op 2 september 1989. Toen hij 11 jaar oud was, sloot hij zich aan bij de jeugdopleiding van Internacional Porto Alegre, een van de grootste clubs van het land, zonder ooit een 11-tegen-11 wedstrijd gespeeld te hebben - zo getalenteerd en hoog aangeschreven was hij.

Dit zou een terugkerend thema worden in Pato's carrière. Op jonge leeftijd moest hij zijn geboortestad verlaten om zijn geluk te beproeven bij Internacional, iets wat hij later zou aangeven als een belangrijke reden voor zijn gebrek aan ontwikkeling. Toch klom hij snel op binnen de rangen van de Braziliaanse club. Hij won op zestienjarige leeftijd het Wereldkampioenschap Onder-20 en werd topscorer van het toernooi.

Op 17-jarige leeftijd tekende hij een profcontract en begon wereldwijd op te vallen als een jonge, getalenteerde Braziliaanse spits die werd gezien als het volgende grote talent. Pato vestigde zijn naam toen Internacional FC Barcelona versloeg op het FIFA Club Wereldkampioenschap in 2006, en later met het winnen van de CONMEBOL Recopa in 2007, waarmee hij zich vestigde als een van de beste spelers van Zuid-Amerika op dat moment.

Na een paar sterke seizoenen bij Internacional waren de beste clubs van Europa geïnteresseerd in zijn diensten, en het zou AC Milan zijn - destijds de regerende Champions League-winnaar - die de concurrentie zou aftroeven voor zijn handtekening. De Italiaanse club betaalde 24 miljoen euro en Pato's Europese avontuur kon beginnen.

Milan: opkomst en ondergang

AC Milan in 2007 was misschien wel het beste team ter wereld, en als dat niet zo was, dan stonden ze zeker in de top drie. Met een wereldselectie met namen als Paolo Maldini, Clarence Seedorf, Andrea Pirlo, Kaká, Cafu en nog vele anderen, onder leiding van legendarisch coach Carlo Ancelotti, werd Pato in zijn beginperiode bij de club goed begeleid.

Zijn eerste seizoenen verliepen zoals je zou verwachten van een jong talent: hij scoorde in een behoorlijk tempo en vond langzaam zijn plek, terwijl de ervaren spelers de meeste verantwoordelijkheid droegen. Tegen het begin van de jaren 2010 begon Pato zich geleidelijk te vestigen als de vaste spits van Milan, en clubs als Real Madrid en Chelsea begonnen rond 2010 en 2011 interesse in hem te tonen.

Toen begonnen de zaken ingewikkeld te worden, zoals vaak gebeurt in dit soort verhalen.

Pato gaf jaren later zelf toe dat hij zich begon te laten afleiden door de voordelen van het leven als wereldspeler bij een topclub. De roem, het geld, de vrouwen... al die zaken begonnen hem af te leiden van wat er op het veld gebeurde. Die afleiding, gecombineerd met een steeds zorgwekkender blessuregeschiedenis, maakte het steeds moeilijker voor hem om echt te slagen.

Blessures en het verlies van consistentie

De blessures en het gebrek aan consistentie sloopten langzaam zijn carrière, en dat was het begin van het einde voor Alexandre Pato. Een mislukte transfer naar Paris Saint-Germain in 2012 - waar hij hoopte herenigd te worden met Ancelotti, die destijds trainer was van de Franse club - betekende uiteindelijk het definitieve einde van zijn tijd bij AC Milan. In januari 2013 werd hij verkocht aan Corinthians voor 15 miljoen euro.

Zwerftocht en nasleep

In zijn hoogtijdagen rond 2009 en 2010 leek Alexandre Pato alles te hebben wat je zoekt in een spits: hij had kracht, snelheid, techniek en een natuurlijk gevoel voor het maken van doelpunten. Hij werd in die tijd zelfs vergeleken met Ronaldo Nazario.

Stamford Bridge
Stamford Bridge - Pato's nieuwe thuis na zijn verhuizing naar Chelsea
Maar na zijn vertrek bij AC Milan is hij nooit meer dezelfde speler geworden. Bij Corinthians en São Paulo deed hij het nog redelijk, maar zodra hij in januari 2016 op huurbasis naar Chelsea ging, kwam hij eigenlijk nooit echt op gang. Hetzelfde gold voor zijn periode bij Villarreal, waarna hij terechtkwam in het Chinese voetbal bij Tianjin Tianhai. Daar presteerde hij wel, maar het was mijlenver verwijderd van wat er ooit van hem werd verwacht.

Na een korte terugkeer naar São Paulo sloot hij zich aan bij de Amerikaanse MLS-club Orlando City SC. Op het moment van schrijven heeft hij die club inmiddels verlaten, nadat hij besloot zijn contract niet te verlengen.

Er is veel gezegd en geschreven over Pato's carrière, en er zijn talloze redenen aangehaald waarom hij nooit heeft kunnen voldoen aan de hoge verwachtingen die ooit op hem werden geprojecteerd. Sommigen beweren dat de roem hem naar het hoofd steeg, anderen wijzen op zijn steeds terugkerende blessureleed, en weer anderen komen met wilde theorieën, zoals zijn relatie met Barbara Berlusconi - de dochter van de toenmalige AC Milan-president - als verklaring voor zijn neergang. Wat je daarvan vindt, is aan jou.

Feit blijft dat Alexandre Pato in zijn beste jaren halverwege de jaren 2000 enorm veel potentieel had, en dat velen uit die generatie hem nog altijd in hoog aanzien houden. Dat komt vooral doordat het altijd fascinerend is om een jong talent in razendsnel tempo doorbreken op het hoogste niveau.

En gelukkig hebben we altijd nog dat fantastische doelpunt tegen Barcelona in de Champions League van 2012.